Bea Schonewille

Bea Schonewille

Bea Schonewille studeerde modevormgeving aan ArtEZ in Arnhem ’89 waarbij zij zich specialiseerde in het ontwerpen van dessins. Deze achtergrond vormde de basis voor een aantal wandkleden geinspireerd op de mola’s uit Midden Amerika.

Waardoor word je aangetrokken tot textiel? Waarom werk je graag met textiel?

  • Ik ben al van kinds af aan met textiel bezig. Wanneer het precies begon weet ik niet meer, maar ik leerde allereerst van mijn moeder breien, haken en Barbie kleertjes naaien op een handnaaimachine, waar je alleen voor- en achteruit mee kon naaien.

Later leerde ik allerlei andere technieken; o.a. macramé, eenvoudig weven, spinnen en ik vond ook veel zelf uit. Het zijn basistechnieken, die je op je eigen manier kunt toepassen. Ik ben altijd verknocht aan stoffen en garens geweest.

Verder hield ik van tekenen en schilderen, maar daar kon ik toch minder m’n ei in kwijt. Papier voel je niet door je handen gaan en heeft minder structuur en textuur dan textiel.

Wanneer besefte je dat textiel ook een medium voor kunst kon zijn?

  • Dat is wel grappig; ondanks dat ik een opleiding aan de kunstacademie heb gevolgd, wist ik niets van textielkunst. Dat kwam, denk ik, doordat ik zelf al zolang met textiel bezig was geweest in mijn jeugd en het feit dat ik een modeopleiding volgde, die onder de toegepaste kunst valt. Mijn voorliefde was het ontwerpen van dessins, op een experimentele manier. Ik was toen al meer textielkunstenaar dan modeontwerpster.

En eindelijk, toen ik met de Mola/Cuna-techniek aan de slag ging, (in de vorm van wandkleden, dat was na mijn opleiding) en vroeg of textiel ook kunst kon zijn, kreeg ik te horen dat dat kon. Daar keek ik toen echt van op!

Bea Schonewille

Wat is je favoriete techniek?

  • Mijn favoriete techniek is de Mola/Cuna-techniek in combinatie met eenvoudige borduursteken. Ik hou er van om er kralen en andere voorwerpjes aan toe te voegen.

Ik bewaar veel, wat ik later evt. kan gebruiken. Ik hou niet er zo van dat alle materialen nieuw zijn, voor mij geven bijvoorbeeld restjes meer inspiratie.

 Werk je ook wel eens in een ander medium?

  • Nee, ik houd het bij textiel met, zoals ik al noemde kleine voorwerpen die er aan toegevoegd worden. Dit is niet helemaal een vrije keuze, maar ik moet mijn werk eenvoudig houden, omdat ik een fysieke beperking heb, waardoor ik veel liggend bezig ben.

Welke opleiding heb je gevolgd?

  • Mijn opleidingen zijn: Kostuumnaaien/Couture, ArtEZ modevormgeving.

Wie zijn je voorbeelden? (Noem er  5)

  • Qua techniek zijn de Cuna-indianen mijn voorbeeld, verder spreken Klimt, Anselm Kiefer, Miro en Gaudí mij aan. Doordat ik vrij geïsoleerd leef, heb ik weinig voorbeelden, ik kan bijv. niet naar exposities.
Bea Schonewille

Wat inspireert jou? Heb je een hoofdthema?

  • De meeste inspiratie haal ik uit de natuur en voorwerpen die ik op straat vind, maar ook aspecten uit de mode, de stoffen die ik gebruik, folklore, de geschiedenis en andere culturen.

Ik heb niet echt een hoofdthema, bij mij gaan allerlei ideeën door mijn hoofd, maar doordat mijn manier van werken langzaam gaat, kan ik lang niet alles maken.

Ik vind het bovendien leuk om het steeds anders aan te pakken.

Hoe heeft je werk zich ontwikkeld?

  • In het begin heb ik mijn dicht bij de thema’s en kleuren van de Cuna indianen gehouden, maar het was niet echt mijn stijl. Vanaf toen ben ik gelijk mijn eigen richting op gegaan, d.w.z. allerlei wandkleden met dieren en vissen, schelpen, met pailletten, nagels en veel variërende stoffen. Een tijd lang is het thema ‘Vissen en koralen’ geweest, later ook andere onderwerpen. Dan hield ik me bijvoorbeeld meer bij de kleuren van de originele mola’s, maar altijd met  kralen o.i.d.

De laatste tijd is het wat geometrischer qua stijl en kleiner van formaat, in een serie. Zo’n serie bevalt me goed. Je kunt je er wat beter in vast bijten.

Bea Schonewille

Werk je wel eens met andere kunstenaars? Uit welke disciplines komen zij? Wat is volgens jou het voordeel van samenwerken?

  • Ik werk altijd alleen en heb via fb contact met andere textielkunstenaars, ik ken ze niet persoonlijk, maar ik ben er wel blij mee. Op deze manier leer en zie ik meer over textielkunst.

Welke tijdschriften lees je? Wat zijn je favoriete boeken of websites over textielkunst?

  • ik lees geen tijdschriften, maar er zijn heel veel andere manieren om aan inspiratie en informatie te komen. Zoals fb, Pinterest, Google, YouTube, National Geografic, t.v. programma’s over kunst. Een echt boek of tijdschrift heeft echter wel de voorkeur.
Bea Schonewille

Heb je een website?

Waar kunnen we je werk binnenkort zien?

  • Verder is mijn werk opgenomen in de vaste kunstuitleen collectie van Galerie Special Arts.